De Zwaluwenberg.
Na mijn plaatsing in 1964 bij de CVV-Groep op de van Helsdingen kazerne aan de Doodweg 1 te Hilversum werd ik, met een opleiding HRoRat (Hulp Radio Radar Techniek), tewerk
gesteld bij het Bureau Verbindingen bij Elt Ehrencron en Vdg de Bult.
Na enkele weken bleek er een foutje te zijn gemaakt en werd mijn plaats van tewerkstelling gewijzigd in 99 LuVE (Luchtmacht Verbindings Eenheid) te Zwaluwenberg, waar de Sgt I Ad Kool de werkcentrumchef was.
Het gebouw was een langwerpig stenen gebouw met haaks daarop een nog een klein gebouwtje voor de noodstroom aggregaat, dat direct naast een hoge mast, type Eiffeltoren, was gebouwd.
Zwaluwenberg (oude situatie) was in die tijd nog een echt KL-onderdeel, met een Commandant, een HID, Aoo van Raay, een SMV met Sgt I Jonker, Administratie, een keuken met
Sgt I Alberts en Kpl I Epskamp, een eetzaal met podium en de MT met Sgt I Visser, uit het dienstvak TD, een CADI-kantine en natuurlijk slaapgelegenheid, oa voor de inwonende dienstplichtige hofmeesters.
Dit alles ondergebracht in een tweetal gebouwen, de ene van steen met groene houten opbouw, de ander een soort barakgebouw, dat dwars tegen het andere gebouw was aangebouwd.
De MT was ondergebracht in een drietal Romney-loodsen, waarbij in de linkse de garage was, met een brug e.d..
Ook was er ook kwekerij, waar de tuinman Gijs zorgde dat er altijd oranje bloemen waren als Prins Bernard op de locatie was. Gebruikelijk was dat op maandag.
Als je het terrein opkwam was er rechts een kleine woning waar de HID woonde en direct links naast de poort een villa, waar beneden de ruimtes waren voor de Marechaussee, zij deden toen nog de toegangscontrole,
want Zwaluwenberg maakte deel uit van de rotatie van de paleiswacht Soestdijk, samen met kasteel Drakensteijn.
Boven was de woning waar de wachtCdt van de Marechaussee, de Aoo Ferwerda met zijn gezin woonde, later Wmr I de Bruin met zijn gezin.
Omdat het personeel van de KLu-enclave op de Zwaluwenberg ook gebruik maakten van een aantal van de faciliteiten van de Zwaluwenberg, oa de CADI-kantine en de eetzaal, moesten we er ook inboeken en werden we ook een beetje een deel van Zwaluwenberg.
In die tijd was Prins Bernhard de Inspecteur Generaal Krijgsmacht ( IGK ) en Jhr C.C. van Lidth de Jeude was de chef-staf IGK.
Op een zeker moment kwam er ook vaandrig van de KLu op de Zwaluwenberg, t.w. Vdg mr. Pieter van Vollenhoven.
Ook kwam er een keer een Lt. Kol. van de KLu vragen of wij de haakse pijp-aansteker van de Prins konden repareren. Want wij waren technisch, dus ..... gelukt.
De warme maaltijden waren voor iedereen hetzelfde, natuurlijk in de villa met wat extra´s. Zo zag ook prins Bernard wat er zoal gegeten werd en gebeurde het, bv Pasen of een andere feestdag, dat de Sgt I Alberts opdracht kreeg van Prins Bernhard om de stad in te gaan om een feestmaaltijd incl een wijntje te regelen.
Ik was altijd al een ondernemend iemand, dat blijkt ook uit een ander stuk op deze website.
Mijn vader had in Amsterdam een autorijschool en een autoshop met een garage, waar ik vaak aan het klussen was. Bovendien had ik voordat ik bij de KLu in dienst ging, als 17 jarige, in mijn eentje, de hele administratie, buiten het onderdelenmagazijn, van een garage ( RIVA amsterdam, afd. vrachtwagens )
gedaan en als ik dan niets te doen had ging ik de garage in om meer kennis op te doen.
Ik had dus wel enige kennis van motoren en zo kwam het vaak voor dat ik na een nachtdienst op het straalzenderstation op de Zwaluwenberg bleef en me ophield bij de garage van de Zwaluwenberg. De Sgt I Visser vond dat wel leuk en liet mij hem dan vaak helpen.
Op een zeker moment kreeg ik van hem een uitnodiging om mee te gaan naar Porto Ercolé, het zomerverblijf van de koninklijke familie, waar hij de speedboot van Prins Bernard, een onderhoud- en servicebeurt moest geven.
Hij had alles geregeld en het zou geen probleem zijn. Ik dus gewoon 14 dagen verlof aangevraagd, want hij wist nog niet hoe lang dat zou gaan duren, en die werd toegestaan. Tot dat er vanaf Vliegbasis Soesterberg een berichtje kwam dat er voor mij een zgn doodvalbriefje moest komen. Dat kwam dus op de van Helsdingen kazerne binnnen.
Hierna werd mijn verlof om dienstredenen, door de basiscommandant Lt.Kol. Jaap Eden, ingetrokken en stond ik prompt in geroosterd voor een wachtdienst in het weekend en ging mijn reisje dus niet door.
99 LuVE Het personeel van de 99 LuVE onderhield de apparatuur van het straalzender station Hilversum, maar ook de apparatuur van het relaisstation Schoonhoven (19 LuVE). In een latere fase werd gekozen om op alle straalzenderstations vast personeel te plaatsen.
Op de Klu-enclave werkten ook oa Sgt I Lex Krijgsman en Sgt Nijemeisland.
De stations waar we in Hilversum een directe straalzenderverbinding mee hadden waren Austerlitz, Millingen, Schoonhoven, Schellinkhout en Voorschoten.
In 1965 was er een reorganisatie en werd de 115 LuVE opgericht, dat ondergebracht werd bij de CVV-Groep en waar de Kap. S. Dirven de scepter zwaaide met als rechterhand Tlt Ron Broekman.
De 99 LuVE werd Straalzender Verbinding Knooppunt Station Hilversum (SVKSHVS) en het zusterstation te Arnhem werd SVKSAH.
De 115 LuVE werd belast met het operationele- en logistieke onderhoud van het straalzender netwerk.
Op het straalzenderstation Hilversum kwam na enige tijd vanaf Kornwerderzand, cq Ried, Sgt I Marius Lablans, dit i.v m. o.a. een onenigheid betreffende declaraties.
In die tijd kregen we nog onze wedde aan het eind van de maand in een loonzakje, af te halen bij de Korpsadministratie. Marius had al een paar maanden zijn wedde niet geaccepteerd ( was toen nog vrijgezel en kon het wel een tijdje uitzingen, zei hij ),
omdat de door hem ingevulde declaraties niet werden uitbetaald. Had te maken met plaatsing Leeuwarden en tewerkstelling in Ried, maar ook in Kornwerderzand.
Marius vond: Recht is recht. Maar uiteindelijk trek je toch aan het korste eind en wordt je overgeplaatst, zijn ze overal vanaf.
Ik heb in die tijd veel met Marius opgetrokken en hem alle ins en outs van het straalzendernet en de apparatuur bijgebracht.
In de achtertuin van het straalzenderstation werden voorbereidingen getroffen voor het bouwen van een nieuwe bunker.
Er kwam een centrale werkplaats, die werd gevestigd in een bunker op de locatie Wisseloord te Hilversum, waarvan de Sgt I Ad Kool WC-chef werd en op het Straalzenderstation Knooppunt Station Hilversum (SVKSHVS)
werd Sgt I Marius Lablans de chef.
Enige tijd later kwam vanaf straalzender Voorschoten Sgt I Fred Trebels en van Straalzender Austerlitz kwam Sgt I Ton van de Maas en wat later Sgt I Frits Oortgijs.
Zij gingen allen tijdelijk meedraaien in de bezetting van het straalzender station Hilversum, dit om wat meer kennis van het straalzendernet op te doen. Dit was noodzakelijk
omdat op de stations, niet zijnde een knooppunt station, aanzienlijk minder apparatuur stond en zeker de nieuwere apparatuur was daar niet aanwezig.
Na enige tijd kwamen er op Zwaluwenberg een aantal containers te staan en werd er een bedrijfs-structuur opgezet zoals op andere onderdelen van de KLu, dit alles in het kader van het toekomstige Automatic Switched Communication Network ( ASCON ).
Er kwam een Kantoor Werk Beheersing (KWB), een Bureau Bedrijfs Rationalisatie (BBR), een Bedrijfs Bureau (BB), waarvan bovengenoemde personen deel van uit gingen maken.
Ook kwam er een Kantoor Materieel Beheersing (KMB), met Aoo Jo Hermans, Kpl I Piet van Lichten en Sgt I Peter van de Haar (admin).
In 1969 verliet ik de Zwaluwenberg en na een verdere opleiding, o.a. in Arnhem, Lombardsijde (België) en Redstone Arsenal, Huntsville (Alabama, USA) werd ik,
na een tijdelijke plaatsing bij de afd. Radio Grond op Vlb. Soesterberg, in 1974 geplaatst bij 3-GGW te Blomberg (Duitsland).
1982 Terug naar Nederland en geplaatst bij LVMG (WC-ASCON). ( ASCON = Automatic Switched Communication Network )
Toen er werd besloten om de van Helsdingen kazerne af te stoten, nadat het LuMetC, was verplaatst naar Woensdrecht, moest er een nieuw onderkomen komen voor het personeel dat nog op de van Helsdingen kazerne zat.
Dat werd gevonden op de lokatie Zwaluwenberg waar de oude gebouwen van de vaste staf van IGK, sinds 1976, leeg stonden. Het werkcentrum ASCON werd gevestigd in het oude houten gebouw waar de slaapplaatsen voor de dienstplichtige hofmeesters waren geweest.
In het aangrenzende gebouw, waar de vaste staf van IGK had gezeten, kwamen de CTLD, het Kantoor ASCON, Kantoor AMSS en de Tekenaar. De overige stafbureaus zoals Bureau Cdt, Bureau Personeel, KWB, KMB, BBR, Bureau Verbindingen, e.d. werden ondergebracht in het oude straalzendergebouw bij de mast.
De ruimtes die LVMG op Zwaluwenberg had, waren te klein voor het aantal mensen en werd dus besloten om een nieuw gebouw voor LVMG te laten bouwen op de Zwaluwenberg.
Tijdens de bouw van dat gebouw werd het WC-ASCON verplaatst naar het oude straalzender gebouw bij de bunker en een groot deel van het personeel werd tijdelijk ondergebracht in de bunker. Dat was wel een tijdje behelpen, maar het nieuwe gebouw zou alles vergoeden.
Zwaluwenberg (nieuwe situatie)
De werkcentra ASCON, Crypto en Gronduitrusting ( GU ) kregen een plekje op de benedenverdieping, omdat zij met hun auto´s bij hun werkcentrum moesten kunnen komen. WC-Crypto kreeg zelfs een eigen garage waar zij de apparatuur konden laden, dit natuurlijk omdat hun apparatuur onder een classificering kon vallen.
Boven de garage van het WC-Crypto was een terras van de onderdeelskantine, want er was voor deze locatie gekozen om geen afzonderlijke messes in te richten, maar een gemeenschappelijke kantine. Het zou blijken dat dit een goede uitwerking op de werksfeer had.
Je kon nu met je collega´s in de pauze een kop koffie drinken en aan het eind van de week met z´n allen de week afsluiten met bv biertje of een hapje.
Tijdens mijn IHawk-opleiding in Alabama ( 1976 ) had ik al computer IC's aangeschaft en heb die toen meegenomen naar Duitsland.
In Nederland en Duitsland was er op dat gebied nog niets. In Blomberg (Dld) heb ik toen, samen met een collega, printen gemaakt en de software (operating system) ervoor geschreven.
Zodat we daar de eerste Personal Computers ( PC's ) hadden.
Eerst in machine taal en later met een Assembler en nog later Forth en CP/M. Ook met OS2 heb ik in die tijd nog gestoeid. Toen ik in 1982 terug ging naar Nederland had ik dus al 4 à 5 jaar
ervaring met computers.
Enige tijd nadat ik bij WC-ASCON was geplaatst, werd er bij Defensie een PC-prive project gestart. Sgt I Bart de Jong en ik, Sgt I Arie Jan Petrus, hadden beiden
een Olivetti M-240 met printer aangeschaft, waarop wij, als monteurs van het WC-ASCON, nieuwe werkprocedures voor ASCON hebben geschreven, dit omdat de reeds bestaande boeken niet voldeden.
Hierdoor waren er voor het eerst goed werkzame procedures, en omdat de werkwijze voor iedere monteur nu hetzelfde was, zorgde dit voor een beter en stabieler ASCON.
In die tijd waren er steeds meer problemen met anti-militairistische organisaties, zoals RaRa en Rooie Marianne, e.d. en moesten de ASCON-locaties worden voorzien van beveiliging.
Hiervoor werd een systeem van Philips aangeschaft, dat natuurlijk door het Depot Electronisch Luchtmacht Materiaal ( DELM ) werd geïnstalleerd en
waarvoor enkele monteurs een korte technische opleiding kregen, waaronder ikzelf.
Toen deze installaties waren geïnstalleerd kwamen we er al snel achter dat het fijn zou zijn als we die installaties ook op afstand konden resetten e.d., bv als er weer eens iemand van DGW&T, zonder het systeem te op veilig te zetten, naar binnen was gegaan. Dit was mogelijk omdat er in de radioverbindingen van ASCON
een monteurs-kanaal ( EOW ) aanwezig was, waar ook een Command en Control Systeem ( MOORE ) over liep. Hiervoor heb ik toen een aantal aanpassingen aangebracht.
Er waren voor de systemen AMSS en ASCON twee identieke bunkers, één in Arnhem en één in Hilversum, die om de week OPS draaiden. Na enige tijd ontstond er in Arnhem een probleem in de bezetting,
door ziekte, cursussen en mensen die met Functioneel Leeftijds Ontslag ( FLO ) gingen, dat hield dus in dat personeel vanuit Bunker in Hilversum naar Arnhem moesten om daar OPS te kunnen draaien.
Dat waren dus héééééél veel dienstreizen en dus een aardig financieël plaatje. Dus kwam er een vraag vanuit HKKLu of daar een oplossing voor was.
Doordat ik ook al in Blomberg veel met ontwerpen van schakelingen bezig was geweest en ook al koppelingen voor het inbraaksysteem en de brandblusinstallaties had verzorgd, kwam die vraag al snel bij mij terecht.
Na een paar dagen zag ik wel mogelijkheden en na wat testen te hebben gedaan heb ik een behoefte lijst neergelegd bij DMKLu, omdat er natuurlijk een budget moest worden vrijgemaakt voor zoiets.
Na installatie heeft een aantal jaren prima gewerkt.
Inmiddels was ik bevorderd tot SM en zou eigenlijk naar het DELM in Rhenen moeten gaan, omdat daar een ASCON SM-functie vacant was. Gezien de vele dingen die ik had uitgedacht en verwerkt in het ASCON,
wilde de Cdt. 2LVG mij echter niet laten gaan en in overleg met HKKLu werd ik, als SM, bij het WC-Crypto geplaatst.
Ook hier heb ik mij, na de opleiding, veel bezig gehouden met het ontwikkelen en fabriceren van interfaces. Ook werden in die fase de mechanische telexen vervangen door PC´s ( PCT-project ) en ook dat kwam weer via DMKLu bij mij terecht,
doordat het Hoofd Kantoor Materieel Beheersing ( HKMB ) mij kende van 3GGW en wist wat ik daar had gedaan.
Omdat het hier om Crypto gevoelige apparatuur ging moest dat goed geregistreerd worden. Daarvoor heb ik in eerste instantie geprobeerd met Excel en DBase een database te bouwen, maar dat voldeed in mijn ogen niet.
Privé was ik ook al een beetje met een database bezig geweest en kwam op een moment in aanraking met Support Magic, een programma met een SQL-database ( Sybase ), dat ik uiteindelijk volledig naar mijn idee kon configureren,
ook aan de inmiddels door de KLu geadopteerde ITIL-normering.
Op dat moment werd ik dus ook de beheerder van het beheertool Support-Magic voor 2LVG, dat ik in die periode steeds verder kon uitbreiden, zodat alle apparatuur, zoals PC´s, Radio´s, enz. die tot het onderdeel behoorden er in kon worden ondergebracht.
Ook kon ik er direct gegevens voor het management uit laten komen, d.m.v Crystal Reports, zoals incidenten, doorlooptijd, ed..
Omdat het WC-Crypto in hun werkzaamheden in aanraking kwamen met glasvezel-techniek, liet de Cdt 2-LVG ( met een vooruitziende blik ) mensen van het WC-Crypto een cursus glasvezeltechniek ( Dirksen ) volgen.
Ik solliciteerde op een Adjudant-functie bij kantoor-ASCON, dit was de afdeling die het niet operationele beheer van ASCON had en werd daar aangenomen, maar moest nog wel een cursus Kwaliteitszorg doen op de LETS.
Na enige tijd kwam er vanuit HKKLu de behoefte om de interne verbindingen naar het Verbindingcentrum te voorzien van glasvezel en kwam de vraag: of 2LVG dat kon uitvoeren.
Hierbij was natuurlijk een voordeel dat de mensen van het WC-Crypto natuurlijk al de juiste veiligheid-screening hadden.
De mensen van het werkcentrum hadden al een cursus glasvezel-techniek gevolgd, dus dat zou geen probleem zijn. Wederom werd ik benaderd om dit uit te denken,
mede ook omdat ik ook al het PCT-project had gerund en ook de cursus Glasvezel Techniek had gevolgd, en na overleg kon ik overgaan tot bestellen van de benodigde glasvezel, koppelingen, patchpanel, ed..
Het project werd uitgevoerd door de mensen van het WC-Crypto.
Maar Defensie wilde het aantal locaties verminderen en HKKLu speelde met de gedachte om 2LVG van de Zwaluwenberg te verplaatsen naar Vliegbasis Soesterberg, waar het gebouw
van het voormalige 32nd Fighter SQN, het Amerkaanse SQN op de vliegbasis, leeg stond. Ook zou daar het beheer van het nieuwe glasvezelnetwerk NAFIN, dat de straalzenderverbindingen moest gaan overnemen, worden gevestigd,
want ook dat systeem zou voorlopig aan 2LVG worden toegewezen. Het probleem was SYSCON, dat in de bunker op Zwaluwenberg gevestigd was.
Dat kon niet zomaar weg.
Ik had inmiddels naar een Elt-functie bij kantoor-ASCON gesolliciteerd, dit kon omdat anderen overgingen naar het nieuwe glasvezel netwerk NAFIN en ik werd in die functie aangenomen, mede omdat ik al een aantal jaren bezig was met programmeren.
Om heel 2LVG te verhuizen moest er dus iets gebeuren en weer kwam men bij mij terecht en uiteindelijk heb ik het een systeem voor het operationele beheer van ASCON, dat ik al voor de locatie Arnhem had gemaakt, zo kunnen wijzigen dat vanaf elke locatie, mits men daar een telefoonverbinding had, het ASCON op beide locaties kon beheren.
Nu was er dus geen belemmering meer om het hele onderdeel 2LVG, natuurlijk zonder de bestaande bunkers, maar inclusief SYSCON te verplaatsen naar de oude 32nd Fighter SQN-locatie, gebouw A-144 op Vliegbasis Soesterberg.