Het palaver was nu op dinsdagavond om 20.30 uur, dit in tegenstelling tot de voorgaande
jaaren waar het palaver altijd direct voorafgaande aan de start op woensdagmorgen
was.
Nu kon er dus gestart worden op woensdagmorgen tussen 07.00 en 10.00 uur.
Dit is een hele verbetering, men kan nog even de laatste dingen aan de boot doen
en de eventuele wijzigingen invoeren in de GPS.
Omdat er 's morgens om 07.00 uur nog weinig wind stond bleef een groot aantal zeilers
nog wachten op betere wind. Echter om 10.00 uur moest een ieder gestart zijn. Na
dit tijdstip starten betekende een DNS (Did Not
Start).
Om 09.45 uur ging ik de startlijn bij de M1 over en was voor mij
de 200 myls 2002 begonnen.
Met een lichte zzw wind ging het onder Spinnaker richting het Paard van Marken.
Na het ronden van de MZ1 bij het Paard valt de wind helemaal weg
en liggen we echt te drijven.
Bart Boosman probeerde onder de dijk wat meer wind te vinden, maar daar zat echter
nog minder wind.
Even later zien we bij de boot van Bart een hoop gespartel. Een zeehond misschien?
Nee hoor, gewoon Bart "Flipper" Boosman die dacht van - Wat geen wind?
-, nou dan sleep ik die boot toch gewoon een eindje.
Doordat de wind geheel was weggevallen was het natuurlijk de ideale gelegenheid
om alvast de ankerperiode te pakken.
Nog nooit heb ik zoveel boten, voor de dijk van Marken en in de Gouwzee, voor anker
zien liggen.
Prompt kregen we 's avonds een show van de KNZHRM en de SAR van de Koninklijke Marine
die een aantal oefeningen uitvoerden. Brancards en mensen aanboord brengen vanuit
de helicopter in een varende reddingsboot. Ook 's avonds werd dit nog een keer herhaald.
Bij mijn vertrek bij de MN1GZ2 werd ik eens goed door de reddingsboot
in het zonnetje (een felle schijnwerper) gezet.
Maar het dragen van zwemvest en het gebruik van de lifeline kwam schijnbaar goed
over, want na een paar maal nog in het zonnetje te zijn gezet bleef dat ding uit
en konden mijn ogen weer gaan wennen aan het duister en kon ik om 20.48 uur weer
op weg naar de NEK bij Hoorn. De wind was nog steeds matig, maar
dat is beter dan niets en veel verbetering werd er nog niet verwacht. Toen mijn
ogen weer een beetje waren gewend zag ik in de verte nog net het toplicht van de
Stella Vilante van Jaap Verkerk, die even voor mij was vertrokken.
Onder Grootzeil en Genua 1 werd om 23.06 uur de NEK gerond en met
dezelfde zeilvoering ging het naar de OVD3, die om 01.43 uur werd
gerond.
Nu was het tijd om te gaan rusten en achter de dijk bij de Jachthaven werd het anker
neergelaten. Voor mij lagen nog 2 andere jachten voor anker.
De volgensde morgen nog steeds weinig wind. Maar we moesten weer verder, anders
zouden we teveel tijd verliezen.
Omdat de OVD3 een sluisboei is, hoeven we dus niet terug naar de
OVD3 en kunnen we direct naar de sluis.
Na de sluis gaat het naar EZ21, de startboei voor dit deel. Van
hier moeten we naar de WV14 bij den Oever, deze boei wordt om 16.36
uur gerond om daarna richting Enkhuizen te gaan, waar om 19.25 uur de EZ1KG2
wordt gerond.
Hier gaan we weer rusten en omdat we de ankerperiode al achter de rug hebben, kunnen
we rustig aan de steiger gaan liggen. Dat doen we dan in de Compagnieshaven.
De volgende morgen om ronden we weer om 08.28 uur de EZ1KG2 om
weer van een nieuwe zeildag te genieten. Van de EZ1KG2 gaat het
onder Spinnaker richting SportB bij Breezanddijk. Halverwege de
tocht moet de spinnaker weer worden gestreken, omdat de wind aan het draaien is.
De boei SportB wordt dan om 12.23 uur gerond. Nu kan de spinnaker
er weer op en gaat het naar de UK16 bij Urk, maar halverwege moet
die er weer af en gaan we weer verder met de genua 1 om om 16.50 uur de UK16
te ronden en ik besluit om door te gaan want de wind neemt weer toe en je weet maar
nooit of hij weer wegvalt. Als de dan naar de V15 bij Medemblik
gaan neemt de wind nog verder toe en wordt de Genua 1 vervangen door de Genua 2,
om na verloop van tijd ook nog een 1e rif in het Grootzeil te zetten. Zo gaat het
naar de V15, maar op het laatste stuk zakt de wind iets in gaat
het rif uit en grootzeil en wordt de Genua 2 vervangen door de Genua 1 en wordt
zo de V15 om 00.15 uur wordt gerond.
Nu is het weer tijd om te gaan rusten. Dit doen we aan de kade voor het havenkantoor
in Medemblik. Hier leg ik vast aan de NAN van Herman Tieman.
De volgende morgen bij vertrek wordt ik terug geroepen door het havenkantoor dat
er nog betaald moet worden ( de havenmeester was net aangekomen en dat had ik niet
gezien), maar Herman riep: Ga maar door ik betaal wel even voor je. Zo gaat
dat bij de 200 myls zeilers.
Omdat er nog steeds een stevige wind staat gaat het met de Genua 1 en 1e rif in
het Grootzeil naar de V15 en door de aktie van Herman kon ik om
09.00 uur weer de V15 passeren en ging het naar de LC6VZ1,
die om 10.05 uur werd gerond om vervolgerns op weg te gaan naar de VF04
bij Makkum. Deze boei ronde ik om 12.25 uur en om 13.28 uur werd de H2W1
gepasseerd en ging het op weg naar de EZ21 ten noorden van de sluis
bij Lelystad. Bij Hindeloopen verwonderde ik me over de vele boten die op het water
waren.
Om 17.16 uur passeerde ik de EZ21, na samen met Herman Tieman een
aantal malen te hebben geduelleerd om hoogte die kon worden gevaren. Uiteindelijk
weet Herman me te passeren door zich aan lij zijde vrij te varen en dan een lichte
voorsprong te nemen en als eerste bij de EZ21 te zijn.
Samen liggen we als enige 2 boten in de sluis en worden geschut.
Het lijkt of de wind iets is afgenomen en ik besluit om het rif uit het grootzeil
te halen en Genua 1 weer te zetten. Dit blijkt bij het naar buiten komen een foute
inschatting te zijn. Omdat ik nog niet de OVD3 gepasserd ben, besluit
ik even terug te zeilen en in de beschutting van de dijk de genua weer te wisselen
en het 1e rif weer te zetten.
Hierdoor passeer ik om 19.25 uur weer de OVD3 en gaat het op weg
naar de NEK bij Hoorn.
In de verte zie ik de donkere wolken aankomen vanuit het NW en halverwege de
OVD3 naar de NEK moet er een 2e rif bij en gaat het
vreselijk te keer. Regen zoals ik nog nooit op de boot heb meegemaakt. Ik kan geen
10 m voor de boot zien. Maar om 00.15 uur wordt de NEK gerond en
kan het richting haven van Hoorn gaan.
Nu nog de haveningang vinden. De havenlichten zijn niet te zien en toch moet ik
volgens de GPS in de buurt zijn. Plotseling zie ik voor me een aantal balken en
realiseer me dat ik te veel oostelijk zit en dat dit de balken zijn die de havenkom
afsluiten. Door snel bakboord te gaan voorkom ik dat ik bij dit weer vastloop voor
Hoorn. Even later kan ik de haven van Hoorn aanlopen en vastleggen aan de eerste
de beste steiger, waar op dat moment slecht 1 boot ligt.
Doorweekt, ondanks mijn zeilkleding, maak ik de boot vast en ga dan voor de inwendige
mens zorgen.
De volgende morgen na een heerlijke nachtrust, ga ik lekker douchen, ontbijten en
betalen bij de havenmeester en nog even een praatje maken met deze.
Vervolgens ga ik naar de boot, waar ik mijn echtgenote bel om te vertellen dat ik
ga vertrekken, richting Volendam om dan verder naar Muiden te gaan. Hier krijg ik
dus te horen: Maar dan ben je toch niet voor 12.00 uur in Muiden. Het is inmiddels
11.00 uur.
Mijn antwoord is dan dat is pas morgen. Maar langzaam dringt het tot me door dat
er iets fout is gegaan en begin op mezelf te schelden, zoals lelijke oet... en lelijke
....zak e.d..
Nu begin ik ook te begrijpen waarom het zo druk was bij Hindeloopen, het was immers
zaterdag en niet vrijdag zoals ik dacht. Nu kan ik ook de woorden van Herman Tieman
in de sluis bij Lelystad plaatsen. "Als we nu doorzeilen naar Hoorn hebben
we morgen maar 21 mijl af te leggen".
Al deze dingen hebben mij dus niet getriggerd dat ik in een verkeerde dag leefde.
Bijkomend was ook nog dat de datum van mijn horloge fout stond. Na jaren een digitaal
horloge te hebben gedragen, had ik nu sinds mijn verjaardag in juli een analoog
horloge. Je begrijpt het al, juli 31 dagen, augustus 31 dagen, september 30 dagen,
hier had ik dus de datum moeten doordraaien en was dit vergeten. Dus ook dit triggerde
mij niet. Ook had ik de datum nog niet ingevuld in mijn logboek.
Conclusie: Ik was gewoon een dag kwijt. En ben dan ook niet meer
gefinished. Was ik gewoon om ca 07.00 uur vertrokken, dan was ik op m'n sloffen
op tijd in Muiden geweest
Hieruit blijkt maar weer dat de 200 mijls Solo toch meer impact op de mens heeft
dan men denkt.
Op weg van Hoorn naar Muiden belde Bob Luyendijk mij op met de vraag of ik nog zou
finishen. Na mijn verhaal klonk er ware ongeloof in zijn stem.
Zo van "Arie, dat meen je niet?"
Voor mij was het echter keiharde realiteit en het trof me zodanig, dat ik vond dat
ik bij de prijsuitreiking op 16 oktober, niets had te zoeken.
Het plaatste me wel weer met beide benen op de grond.